Water in de kelder - voorzorgstips voor eigenaren van olieverwarming - renoveren

Inhoudsopgave:

Anonim

Ernstige schade door stookolie: water in de kelder - voorzorgstips voor eigenaren van olieverwarming

Zware regenval en overstromingen - als het water eenmaal de olietank heeft bereikt, is schade aan het milieu, huis en uw eigen portemonnee niet meer te vermijden. Alleen wie vooraf voorzorgsmaatregelen neemt en de nieuwe juridische situatie in acht neemt, kan schade voorkomen.

Er is water in de kelder © Michael Eichler, stock.adobe.com

Stookolie en water - geen gezond mengsel!

Onvoldoende beveiligde verwarmingssystemen die op olie werken, vormen een ernstige bedreiging voor gebouwen, huisraad en het milieu. Omdat stookolie lichter is dan water, verspreidt het zich snel over het wateroppervlak nadat het uit de tank of op de leidingen is ontsnapt. De schade die lekkende olie kan veroorzaken, kan snel worden aangetoond: slechts één druppel stookolie vervuilt ongeveer 1.000 liter water! De capaciteit van standaard stookolietanks voor een eengezinswoning met een woonoppervlak van 150 vierkante meter is ongeveer 3.000 liter.

Vervuiling van water door stookolie: Zelfs bij de kleinste hoeveelheden bestaat het risico op ernstige vervuiling

Als er al bij een kleine vulhoeveelheid olie lekt, is er geen sprake meer van “simpele” waterschade. Het gebouw en de huishoudelijke artikelen zijn erg vuil en er is ook een zeer sterke geur. Vergeleken met "simpele" waterschade met water dat niet met olie verontreinigd is, zijn de vervolgkosten in dit geval twee tot drie keer hoger.

Overstroming stookolie gelekt © Heinz Kerp

Door olie veroorzaakte schade aan gebouwen kan ernstig zijn, aangezien individuele oliedeeltjes diep in het metselwerk kunnen doordringen en daar vast komen te zitten. In het ergste geval leidt dit ertoe dat metselwerk moet worden verwijderd of zelfs vervangen. Schade kan ook optreden als gelekte, ongezonde stookolie uit de kelder en in het milieu wordt gespoeld.

BELANGRIJK: Als er stookolie is gelekt en ondergronds, in het riool of in het oppervlaktewater terecht is gekomen, moet de brandweer of de verantwoordelijke instantie (meestal het lager waterschap) op de hoogte worden gebracht!

Zware regenval en overstromingen kunnen zelfs de zwaarste stookolietanks uit hun scharnieren doen draaien. Enerzijds komt dit doordat olie lichter is dan water en door de lagere dichtheid altijd boven op een wateroppervlak drijft. Als de olietank maar half vol is en dus half gevuld met lucht, duwen de enorme drijfkrachten de hele tank omhoog.

Als het water al zo hoog is gestegen dat de olietank gaat drijven, kunnen aangesloten leidingen afscheuren of breken - de stookolie zal weglekken. Bovendien kan het water de olietank ook samendrukken, waardoor deze vervormt en in het ergste geval kan barsten. Zelfs als water de olietank binnendringt via de tankventilatie, het tankmondstuk of onvoldoende gezekerde aansluitingen, wordt de stookolie - wederom vanwege het lagere gewicht - uit de olietank geperst.

Olie is lichter dan water en blijft door zijn lagere dichtheid altijd boven op een waterlichaam drijven Tip: vind de goedkoopste regionale ambachtslieden en gespecialiseerde bedrijven, vergelijk aanbiedingen en bespaar tot 30%. Informeer nu geheel vrijblijvend

Geen olieverwarming in overstromingsgebieden!

Sinds 5 januari 2018 zijn stookolietanks in overstromingsgebieden verboden in nieuwbouw! De nieuwe regeling is van toepassing op alle ondergrondse stookolietanksystemen en alle bovengrondse tanks met een inhoud van meer dan 1.000 liter. In 2033 moeten ook bestaande stookoliesystemen verdwijnen of op zijn minst worden opgewaardeerd om overstromingsbestendig te zijn. Dit blijkt uit de tweede wet inzake bescherming tegen overstromingen.

De aanleg van een nieuw verbruikersysteem voor stookolie is in principe niet toegestaan. Er is echter een zogenaamde openingsclausule: het bevoegd gezag kan op verzoek uitzonderingen toestaan ​​als er geen andere, minder waterverontreinigende energiebronnen tegen economisch verantwoorde kosten beschikbaar zijn en het verbruikersysteem voor stookolie is gebouwd om overstromingsbestendig te zijn.

WETTELIJKE SITUATIE
"In overstromingsgebieden mogen systemen volgens §19 g WHG alleen zo worden geïnstalleerd, opgesteld of gebruikt dat ze niet drijven of anderszins worden beschadigd door overstromingen (bijvoorbeeld door drijvend puin) en dat er geen voor water gevaarlijke stoffen uit de systemen kunnen ontsnappen."


In risicogebieden geldt:
De aanleg van een nieuwe stookolieverbruikersinstallatie is toegestaan ​​als deze waterveilig is gebouwd.

Bestaande verbruikersystemen voor stookolie moeten binnen 15 jaar (tegen 5 januari 2033) of in de loop van een grote verandering worden opgewaardeerd om overstromingsbestendig te zijn. Het principe van economische efficiëntie is van toepassing, dat wil zeggen dat de systemen alleen achteraf worden ingebouwd om ze waterveilig te maken als dit economisch verantwoord is.

Het volgende is van toepassing in overstromingsgebieden : Bestaande verbruikersystemen voor stookolie moeten binnen vijf jaar (uiterlijk 5 januari 2023) of in de loop van een grote verandering worden opgewaardeerd om overstromingsbestendig te zijn.

Veilige opslag van stookolie bij kans op overstroming © Institut für Wärme und Oeltechnik e. V.

Maak het stookoliesysteem overstromingsbestendig

Over het algemeen zijn er twee manieren om een ​​stookoliesysteem watervast te maken: bouwkundige maatregelen en het tanksysteem tegen drijven beveiligen.

De meeste stookoliesystemen bevinden zich meestal in de kelder. Ze liggen dus onder het mogelijke hoogwaterpeil. Om bij een overstroming geen schade te veroorzaken, moet de opstellingsruimte worden afgedicht tegen het binnendringen van water, de waterdruk en het resulterende opstuwingswater.

Het veiligste alternatief is om het stookoliesysteem in een waterdichte ruimte boven het mogelijk hoge waterpeil te plaatsen. Als het stookoliesysteem niet kan worden verplaatst, kunnen systeemeigenaren het ook tegen drijven beveiligen door het te verankeren. Deze werkzaamheden dienen echter door een gespecialiseerd bedrijf te worden uitgevoerd. De tank wordt verankerd in de vloer of aan de zijwanden van de kelder. De aansluitingen, kappen en niveau-indicatoren zijn beveiligd met geschikte afdichtingen. Ontluchtingsleidingen worden verlengd zodat hun open uiteinde zich boven het hoogst mogelijke waterniveau bevindt.

Als alternatief kan hier de olietank worden vervangen. Sommige nieuwe systemen zijn in de fabriek al beveiligd tegen overstromingen en kunnen dankzij speciale voorzieningen snel worden verankerd.

Dreiging van overstromingen: actie nodig bij olieverwarming

Actie op korte termijn

Zware regen valt snel, hevig en meestal plaatselijk. In dit geval is voorzorg vrijwel onmogelijk. Overstromingen zijn echter te voorzien. Hier is kortstondige actie vereist om grote schade aan het olieverwarmingssysteem te voorkomen.

Water breekt door de muur © Heinz Kerp

Als er een overstromingsdreiging is, kunnen huiseigenaren hun verwarming beveiligen tegen de overstromingen. De elektronica is het meest watergevoelige onderdeel van het verwarmingssysteem. Het demonteren van de besturing en de brander heeft zeker zin. De ketel is het meest robuuste onderdeel van het verwarmingssysteem. Als er vuil water is binnengekomen, moet het worden schoongemaakt. Als u daarna weer normaal gaat verwarmen, droogt de ketel vanzelf en is corrosieschade zeer zeldzaam. Ook de mineraalvezelbekleding droogt zonder problemen weer. Alleen in uitzonderlijke gevallen hoeft de ketel vervangen te worden na een waterstoring.

Als een keldertank maar een klein beetje olie bevat, moet deze in een dergelijke situatie worden bijgevuld, adviseert de Centrale Vereniging voor Sanitair, Verwarming en Airconditioning. Het extra gewicht houdt de tank op de grond en het tij zal hem niet zo snel uit zijn ankerplaats scheuren. Het is sowieso waterdicht. Anders kunt u proberen de tank te verzwaren met stenen of zandzakken of deze vast te zetten met vierkant hout. Aansluitingen, deksel en niveau-indicator moeten worden afgedicht.